Mali in “The Economist”

Mali in “The Economist”

Het gebeurt niet gauw dat Mali in het nieuws komt zonder dat er sprake is van hongersnood of gewapende conflicten. Maar in The Economist van 27 september 2014 was dat onverwacht anders. Het artikel begint zo:

Ousmane sweats under a tin roof as he thumbs through a Chinese smartphone that he is selling at the technology market in Bamako, Mali. Words in French, Mali’s official language, scroll down the screen. “A ka nyi?” (Is it good?) a customer asks him in Bambara, Mali’s most widely used tongue.

Mozilla, de stichting achter Firefox, wil nu Bambara (eigenlijk Bamanan) als taal beschikbaar maken voor smartphones. Daarvoor huren ze lokale vrijwilligers om het Operating System naar het Bambara te vertalen. Er zijn ongeveer 16.000 technische termen voor het gebruik van de smartphone. Die moeten worden vertaald naar een cultuur die in hoofdzaak leeft van visvangst, landbouw en veeteelt. Hoe zeg je ‘cookie’ in het Bambara? Of ‘file’ en ‘mouse’. Voor het Fulani (de taal van de Peulh) is dat al gebeurd. ‘Crash’ werd hookii (een koe die van een brug valt maar nog leeft), ‘timeout’ werd zo a hoonaama (je vis is ontsnapt).

Er zijn zo’n 7.000 talen die in de hele wereld worden gesproken. Daarvan de helft in Afrika. (Terwijl de populatie van Afrika slechts iets meer dan 10 {e9940e0c02f8d96d21e6f25569fda7b5198e19dfa9031a0585a9ae16fa7c9142} van de wereldbevolking is….) In Mali hebben we te maken met 13 nationale talen, maar afhankelijk van de definitie van ‘taal’ kunnen het er ook 40 – 60 zijn. Officieel geldt Dogon bijvoorbeeld als één taal, maar er zijn zo’n 25 dialecten van. Waarvan sommige onderling niet verstaanbaar zijn! Firefox is nu bezig een aantal van die verwaarloosde talen in zijn besturingssysteem van de smartphone op te nemen. Apple doet hetzelfde met zijn nieuwe iPhone.

Firefox is een non-profit organisatie en kan daardoor investeren in talen die weinig geldelijke winst kunnen opbrengen. Zo wordt thans ook geïnvesteerd in Songhai. Al deze talen worden gesproken door hoofdzakelijk arme, ongeletterde nomaden en landbouwers in de Sahel, waarvan de meesten geen smartphone hebben. Maar wanneer zij eventueel toch online gaan, zullen ze geweldig profiteren van het feit dat ze dat in hun moedertaal kunnen doen.

Voor taalkundigen is dit eveneens een goudmijn. Voor het gebruik van Firefox via de computer heb je zo’n 40.000 woorden nodig. Wanneer we die woorden in het Bambara, Fulani en Songhaï hebben, kunnen we veel beter die talen bestuderen, ze vergelijken, vertalende woordenboek maken (natuurlijk elektronisch beschikbaar online). En die kleinere talen ook beter beschermen en levend houden.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *